vrijdag 19 augustus 2011

Studerende Molukkers - Xead.nl

Studerende Molukkers - Xead.nl

donderdag 18 augustus 2011

Molukkers en FC Köln

Vraag aan een willekeurig Molukker bij ons in de Molukse wijk in Assen of Bovensmilde, voor welke club hij is en je zult Ajax en Feyenoord als antwoord krijgen. Een enkeling is voor PSV, maar dat zijn diegene die totaal geen verstand van voetbal hebben. Die houden meer van dat Philips achtige, voorgefabriceerde, amateurvoetbal.


Ajax en Feyenoord. Dat is de norm. En dan met name Ajax. Die club heeft toch een wat grote meerderheid. Toch gaat de term “gloryhunters” niet op, want zoveel glory was er niet te vinden in Amsterdam, de laatste 8 jaar. Nee, als sommige Molukkers “gloryhunters” zouden zijn, dan waren ze wel voor die lampjes uit het zuiden. Ajax en Feyenoord molukkers bij elkaar. In Assen en Bovensmilde gaat dat prima samen. Wij bezitten namelijk de kennis en intelligentie, wat bij sommige helaas ontbreken. Wij zijn eerst Molukkers en pas ver daarna hooligan!

Het is geen issue of je nou voor Ajax of Feyenoord bent. Onze wenkbrauwen fronsen daar niet van. Waar onze wenkbrauwen wel van fronzen, is dat je, bij je de vraag: “voor welke club ben je”, een antwoord krijgt wat je niet had verwacht. Ik stelde die vraag aan mijn beste vriend Mauricio Metiary. En wat kreeg ik als antwoord? FC Köln! Ik dacht dat ik in de maling werd genomen, maar Mauricio, roepnaam Ed, keek nog serieuzer dan de minister president. “FC Köln”, zei hij stellig, “dat is mijn club!” Hij zei dat met zo’n dreigende toon, waarop ik niet anders kon zeggen dan: “ehh ok??”

Voor diegene die niet bekend is het met Duits voetbal, FC Köln is een Duitse sportclub uit Keulen, spelend in de Bundesliga. De club ontstond op 13 februari 1948 door een fusie tussen Kölner BC 01 en SpVgg Sülz 07. Net als vele Duitse clubs is 1. FC Köln onderdeel van een grote sportclub met daarin andere sporten als handbal, tafeltennis en turnen. In de jaren 60 was FC Köln zeer succesvol. FC Köln was een van de zestien clubs die de Bundesliga vormden. In het seizoen 1977/78 won de ploeg de dubbel. In de jaren 80 ging de club langzaamaan achteruit. In 1999 degradeerde FC Köln voor het eerst naar de 2. Bundesliga. Na een promotie in 2005 en een degradatie in 2006, speelt de club sinds het seizoen 2008/2009 weer in de Bundesliga. Grootste rivalen van Köln zijn Bayer Leverkusen, Borussia Mönchengladbach en Fortuna Düsseldorf. Deze clubs spelen in dezelfde Rijnregio als Köln. De fans hebben goede banden met FC St. Pauli en Liverpool. Oud spelers zijn onder andere: Morten Olson, Bodo Illgner, Thomas Hasler, Pierre Littbarski en Bernd Schuster.
Ed’s voetballiefde gaat dus uit naar deze club. Dat kan. Ieders zijn eigen. Maar het kan nog gekker met mijn vriend. Waar de meeste Molukkers voor Brazilie, Argentinië en Nederland zijn, is Ed, jullie raden het al, voor Duitsland! Het land waar de schwalbe is uitgevonden. Waar wij genieten van het attractieve, snelle, combinatievoetbal, kijkt Ed liever naar dat verdedigende, vaak niet om aan te zien, werkvoetbal. Hij kan er niks aan doen. Het zit hem in zijn bloed. Het is hem met de paplepel ingegoten door oom Eddy senior, Ed’s vader dus.
Ik moet zeggen, ik respecteer ze voor hun keuze. Hoe apart het ook is, hoe ongeloof- en merkwaardig ook, zij staan voor hun club en voetballand, en daar kan ik alleen maar respect voor opbrengen. Want ik ben ook realistisch. Dit is altijd nog beter, dan een supporter zijn van die lampenkapjes uit het zuiden!

zaterdag 13 augustus 2011

Alicia Keys - Fallin (by Jeremy Ebell)




Luister naar Jeremy Ebell's versie van Alicia Keys - Fallin en stem op hem!! Klik op de "VOTE" knop en stem!! Van over meer dan 300 deelnemers, staat Jeremy nu op nummer 17!!! Help mij om hem naar de de 1ste plaats te brengen!! Druk daarom dus op de blauwe "VOTE" Link. Is toch geen moeite???!

Alvast bedankt!

Emerson

zondag 7 augustus 2011

Blogger droid app

Ik schrijf deze column via een blogger droid. Dat is een app op mijn SE X10 HD. Voor het eerst schrijf ik via mijn mobiel. En ik moet zeggen, tis echt fok op. Mijn gedachten en typesnelheid gaan veel sneller, dan mijn touchscreen aankan!

Ik weet ook niet wat ik moet schrijven, alleen dat er net een taxichauffeur als een idioot stond te toeteren voor mijn woning. Het is 23.06 uur en ik lig in bed! Mijn dochter slaapt, maar schrok wakker! Ik deed mijn rolgordijn omhoog en zag dat het taxibedrijf een buitenlandse naam had! Ik stond op het punt om naar beneden te stormen, maar hij reed weg. Zoveel taxibedrijven met een buitenlandse naam zijn er niet in Groningen, dus binnenkort kan er wel eentje een baksteen door de voorruit ontvangen.
Ik stop, want ik kan hier echt niet mee overweg! Column schrijven via een mobiel werkt niet!!! Klote app!
Published with Blogger-droid v1.7.4

maandag 1 augustus 2011

Het rouwproces

Nu ik alles achter de rug heb, kan ik de vervelende periode afsluiten en verwerken. Dat proces, is het rouwproces. Maar hoe verwerk je dat rouwproces? Wat is mijn manier van verwerken? Wat past bij mij?

Een ieder verwerkt het op zijn of haar eigen manier. De een sluit zondert zich af van de rest. Zowel sociaal als emotioneel. Een ander grijpt naar de fles. Weer een ander gaat snel over naar de orde van de dag en doet alsof alles goed is. Mijn manier is erover schrijven. Gaandeweg bij het schrijven van mijn vorige columns besefte ik, dit is mijn manier. Mijn uitlaatklep. Hierin kan ik mijn gevoelens beschrijven. Natuurlijk praat ik met mijn vriendin en is zij mijn steun en toeverlaat. Schrijven helpt daarbij.

Het is wennen en niet te bevatten dat mijn opa er niet meer is. In mijn ogen niet realistisch. De wetenschap is er, maar ik wil het nog niet beseffen. Het ongeloof heerst nog. Het zijn de kleine dingen waar ik mezelf erop betrap. De telefoonnummer van mijn opa staat in mijn mobiel als: Opa Terinathe thuis. Als ik naar Assen ging was het standaard: " Ik ga even naar opa toe". Een paar dagen terug ging ik ook weer naar Assen. Ik zei tegen Daisy: "Ik ga even naar o..."En toen kwam de stilte. Ik kan niet meer naar opa. Niet op de manier zoals ik gewend was. Opa is er niet meer. Nooit meer. Dat besef kwam keihard aan.

Begin van vorige week, ging ik na werk ook langs opa's huis. Ik wou mijn oma zien. Dit was de eerste keer na opa's begrafenis. Hoewel ik wist dat mijn opa er niet meer is, was het een raar onbehagelijk gevoel, wat op mij neerdaalde. Mijn opa zat niet meer op de bank of in de keuken te koken. Ik hoor zijn stem en of gehoest niet meer. De keiharde realiteit drong tot me door. Het gemis, de leegte, het verdriet, ongeloof is groot en nog erg voelbaar.
Published with Blogger-droid v1.7.4

vrijdag 29 juli 2011

Emerson: Enrique en zijn kleine piemel

Emerson: Enrique en zijn kleine piemel: "Ik sloeg vanochtend de internetpagina van het AD open en werkelijk, het stond er echt paginagroot op de voorpagina: “Enrique Iglesias heeft ..."

Enrique en zijn kleine piemel

Ik sloeg vanochtend de internetpagina van het AD open en werkelijk, het stond er echt paginagroot op de voorpagina: “Enrique Iglesias heeft de kleinste piemel ter wereld!” Niks geen Anders Breivik. Niks geen Geert Wilders, maar Enrique met zijn kleine piemel. Hij laat de wereld geloven dat hij de kleinste piemel heeft en het maar 8 minuten neukend volhoudt met Anna Kournikova, alvorens hij haar volspuit, maar ik geloof hem niet. Dit is zijn tactiek. Een slimme tactiek.

Zoals zijn vader, Julio, een complete trukendoos ten tonele gaf, waar u en ik stijl van achterover slaan, zo heeft zoonlief ook zijn trucjes. Dit is er één van. Psychologisch laten geloven dat jouw piemel de kleinste is. Dat wekt verbazing, maar vooral nieuwsgierigheid op. Op deze manier heeft hij de jonge groupies juist een reden gegeven, om zijn broek omlaag te doen. Een groupie na een optreden tegen Enrique:
“Heb jij echt een kleine piemel? “
Enrique: “Wil je hem zien? Kom maar. Dat mag wel. Hij is zo klein, dat hij niet kan bijten lieverd”.

Het zal mij niet verbazen dat Enrique ons gewoon voor de gek houdt. Ik durf te wedden dat Enrique een tampeloerus heeft, waar een bosneger jaloers op zou zijn! Ik weet zeker dat Enrique zijn lul elke dag door Anna Kournikova laat insmeren met Pleasure Only Oil. Dat vindt Anna geil, Enrique’s lul insmeren. Vraag aan Anna hoe het nou komt dat zij goed kan deegrollen, dan krijg je dat als antwoord. Ik kan maar één ding bedenken waarom Anna gestopt is met tennissen. En dat is Enrique's lul. Enrique's lul is voldoende om te stoppen met tennis. Dat zij goed met ballen overweg kan, is geen geheim. Trouwens, 8 minuten seks met Anna Kournikova? Dat gelooft toch niemand? Charlie Sheen en Tiger Woods al helemaal niet! Nee, geef Anna een middagje aan één van die twee heren, en zij zal er spijt van hebben dat zij er überhaupt geweest is. Een jaar later kan dat mens nog steeds niet normaal lopen! Die wonen haar zo uit, dat mevrouw acuut wordt opgenomen met bekken instabiliteit en orale kaakfractuur.

Enrique Iglesias met zijn kleine piemel. Dat heeft wel iets aandoenlijks. Dit is geen Ron Jeremy. Een kleine vatsige viezerik wiens lul zo groot is dat hij zichzelf kan pijpen. Dit is een Iglesias. Romanticus pur sang. Of ze het nou toegeven of niet, iedere man heeft wel eens geneukt op de muziek van een Iglesias. Of het nou Julio is, of Enrique of Julio jr. Iedere man is weleens klaargekomen, terwijl je een Iglesias zwoel uit de speakers hoort zeggen: “Mi amor”.

Normaal gesproken barsten wij in lachen uit als iemand zoiets onthult. Maar van Enrique kunnen wij het hebben. Van een Iglesias kunnen wij het hebben. Enrique wat hij zegt staat haaks op hoe hij zich voordoet. Hoor zijn nummers. Dat is wat wij mensen geloven. Dat is wat wij willen geloven. Wat Ricky Martin is voor homo's, dat is Enrique voor ons hetero's! Enrique is het boegbeeld van een ware romanticus. Een sexgoeroe. Geboren met een godgegeven talent. Opgevoed door de grootste vrouwenverslinder aller tijden! Enrique, de zwoele latino, die met een knipoog al een vrouw doet soppen en glijden van haar stoel. Dat is Enrique. Dat is een Iglesias. En daar doet niks, niemand en een kleine piemel wat van af.

Emerson

woensdag 27 juli 2011

Puberteit

Ik heb veel opgroeiende neefjes en nichtjes. Ik zie dan ook wat ze momenteel doorstaan of wat ze nog mogelijk door zullen staan. Ik heb het over puberteit. Voor haast elke opgroeiende puber is deze onbewust een moeilijke, vervelende periode. De puberteit (oftewel pubescentie) is de periode waarin meisjes en jongens zich tot volwassene ontwikkelen. Ze worden geslachtsrijp en ontwikkelen zich mentaal tot volwassenen. In het algemeen zijn deze veranderingen het meest opvallend tussen tien en achttien jaar.

Het woord puberteit is een afgeleide van het Latijnse woord pubertas, dat wil zeggen volwassenheid. Puberen wordt soms als werkwoord gebruikt voor de manier waarop mensen (en dan jongeren in het bijzonder) zich willen afzetten tegen de gevestigde waarden. Jongeren voelen een biologische drang naar zelfstandigheid. Deze drang naar zelfstandigheid uit zich vaak in rebellie tegen het ouderlijke gezag. Deze vorm van rebellie wordt ook wel puberaal gedrag genoemd.

In de puberteit vindt een belangrijk deel van de bewustwording, en daardoor van de persoonlijkheidsvorming, plaats. Men voelt zich vaak onzeker over zichzelf wat frustrerend kan zijn. Hierdoor ontstaan vaak conflicten met de ouders en de omgeving. Bij de meeste mensen komt het, bij een goede begeleiding, uiteindelijk tot een volwassen persoonlijkheidsvorming. Mocht dat niet het geval zijn, dan kan dat leiden tot een persoonlijkheidsstoornis.

De kinderen zelf realiseren zich ook dat ze lichamelijk volwassen worden. Ze beginnen dan al snel met 'experimenteren' met hun lichaam. Dit leidt doorgaans tot masturbatie. Op de middelbare school krijgen pubers vaak ook langdurige (seksuele) relaties. Hierdoor is de gemiddelde leeftijd van ontmaagding gedaald.

Uit eigen ervaring weet ik dat ik me onbewust erg heb afgezet tegen mijn ouders. Grotendeels komt dat ook voort uit onzekerheid en de gedachte dat wat ik doe, niet goed is, maar wat anderen doen wel. Daar komt ook nog eens dat ik het gevoel had dat ik, als middelste van drie kinderen, erg moest opboksen tegen mijn broer en broertje.

Ik was geen makkelijke puber. Als mijn ouders naar links gingen, ging ik naar rechts. In mijn ogen had dat niks met afzetten tegen mijn ouders te maken, maar op dat moment vond ik dat naar rechts gaan, beter voor mezelf was. Nu weet ik dat ik me onbewust toch heb afgezet tegen mijn ouders. Ik probeerde me ouder te gedragen, dan wat ik in werkelijkheid was. Ik dacht de wijsheid in pacht te hebben en alles wat mijn ouders zeiden om mij te corrigeren, zij dat deden om mij dwars te liggen. Eigenwijs, dat was ik.

Ik heb erg veel conflicten gehad met mijn ouders. Zoals ik al in mijn vorige column had geschreven over mijn vader, wij Molukkers zijn niet van de complimenten. Wij geven geen schouderklopjes en zeggen: “We zijn trots op je”. Wij zeggen er pas wat van, als het verkeerd gaat. Daar had ik persoonlijk onbewust veel moeite mee. Goed rapport? Geen reactie. Slecht rapport? Dan durfde ik zowat niet naar huis te komen. Gelukkig kwam dat bij mij niet vaak voor haha. Mijn vader werkt op dezelfde scholengemeenschap waar ik naar school ging. In die hoedanigheid wist hij mijn cijfers eerder dan mij. Met die wetenschap zorgde ik er dus wel voor dat ik goede cijfers haalde. Ik ben dan ook met vlag en wimpel geslaagd.

Maar dat typische Molukse gedrag en alles wat puberteit inhoudt, zorgde ervoor dat ik geen makkelijke tijd doormaakte. Ik schrijf dit daarom ook voor mijn opgroeiende neefjes en nichtjes, die dit mogelijk ook doormaken en voor een ieder die zich aangesproken voelt: “Denk niet dat je ouders je expres willen dwarszitten. Je ouders willen je corrigeren en terechtwijzen, omdat ze het beste met je voorhebben. Ze willen niets liever dan dat jij goed terechtkomt in deze maatschappij. Ik weet als geen ander hoe het is en hoe je je voelt, maar probeer open te staan voor de adviezen van je ouders. Ze hebben alleen het beste met je voor, juist omdat ze heel van je houden! Het heeft mezelf bijna 30 jaar gekost om daar achter te komen. De reden waarom het bij mij zolang heeft geduurd, is omdat ik niet voor mijn ouders openstond en ik communiceerde ook niet met hun. Dan kan je wel denken: Maar zij staan ook niet open voor mij en communiceren ook niet met mij. Ik zeg: Zet die eigenwijze gedachte van je af. Je ouders hebben veel meer levenservaring en hebben het beste met je voor omdat ze datgene wat jij nu doormaakt, zelf al hebben doorgemaakt. Ze hebben het beste met je voor en houden heel veel van je. Pas als ze niks meer zeggen en niet meer naar jou omkijken, dan pas moet jij je zorgen maken!”

Na al die jaren van misplaatste trots en eigenwijsheid, heb ik nu een hele goede band met mijn ouders en weet ik dat zij het al die tijd het beste met mij voor hadden. Ik ben nu zelf vader maar ik leer elke dag nog van mijn eigen ouders. Met enig bezorgdheid kijk ik tegen de periode op, wanneer Raphorah zelf begint te puberen. Zij heeft mijn karaktertrekjes, dus ik denk dat ik tegen die tijd eindelijk mezelf tegen zal komen.

Emerson

maandag 25 juli 2011

Mijn vader

Toen mijn opa in coma lag, smste ik mijn vader: “Ik herken veel van opa in jou. Ik weet niet of ik het ooit heb gezegd, maar jij bent een goede vader”. Ik heb geen reply teruggekregen, maar dat hoeft ook niet. Ik heb gezegd wat ik wou zeggen en ik vond het nodig om dat te zeggen. Onze opa is er niet meer, maar mijn vader heeft zijn vader verloren. De man die hem heeft opgevoed en waar hij lief en leed mee heeft gedeeld.

Mijn vader. Alles wat hij mij en mijn broers heeft meegegeven, dat heeft hij van zijn vader, opa Oetjoe. Natuurlijk heb ik mijn struggles met mijn vader gehad. Wie niet? Er waren genoeg momenten waarop wij het niet eens met elkaar waren, om het maar zo netjes uit te drukken. Maar Molukkers zijn geen praters. Wij zijn dus hierin ook geen uitzondering. Wij kroppen alles op, totdat het escaleert.

Molukkers hebben nogal een aparte manier om elkaar te complimenteren of om te laten zien dat ze het beste met je voor hebben. We geven geen schouderklopjes en zeggen niet: “Ik ben trots op je”. Wij zeggen niet: “Goed gedaan, jongen”. Nee. Zolang het goed gaat, zeggen we niks. Pas als het slecht gaat dan grijpen we in en worden we boos op die persoon. Zo was mijn opa. Zo was mijn vader. Ik zeg expres “was”, want die transformatie wat mijn opa heeft ondergaan, dat zie ik nu bij mijn vader. Sinds mijn vader zelf opa is geworden, is hij milder geworden, zachter. Ik ben geneigd om te zeggen, menselijker, maar daarmee doe ik mijn vader tekort. Mijn vader is altijd erg sociaal geweest. Hij staat voor iedereen klaar en iedereen kan op hem rekenen. Hij zal nooit mensen expres kwetsen en of teleurstellen. Hij houdt erg veel van koken. En dit alles, daarin zie ik mijn opa terug in hem.

Op de dag van de condeolancedienst, stond ik naast mijn vader. Ik zei tegen hem:
“Wat een menigte he pa? Nu pas zie ik wat opa had betekend voor veel mensen”.
Waarop mijn vader zei: “Ja, en daar moeten wij een voorbeeld aan nemen”.

Bij deze zeg ik: “Je hebt gelijk vader. Dat ga ik dan ook doen. Net zoals jij in de voetsporten van opa bent getreden, hoop ik dat ik ook jouw sporen hebt verdiend. Ik ben blij dat jij mijn vader bent, zoals ik blij ben dat opa mijn opa mocht zijn”.

Emerson

zondag 24 juli 2011

Emerson: Fallen star (For my grandfather)

Emerson: Fallen star (For my grandfather): "Fallen star There’s nobody like you Who lived with the strength of being a man No one gave the love to many Like only you can Your b..."

vrijdag 22 juli 2011

Fallen star (For my grandfather)

Fallen star


There’s nobody like you
Who lived with the strength of being a man
No one gave the love to many
Like only you can

Your believe in God
And the love for your family
Makes life worth live for
And you shined so heavenly

There no way I can be
Or reach the same level like you
But I will try
And live the life you taught me to

These past days was build on tragedies which no one want’s to face
My heart was filled with anger and common hate

But whatever that made me cry
Is a part of life
What some don’t understand
And keep wondering why

Today I wake with second wind and strong
Because of your pride
I will fight with all my heart
To keep your legacy alive

We will never forget
What you have done for the family
For much to long
We honor and carry on

I had loved you forever
Because of who you are
And now I mourn our fallen star


Written by: Emerson Terinathe
Ispired by: 2pac

Emerson: Rouwen

Emerson: Rouwen: "Bedankt. Bedankt voor alle steun en lieve woorden die ik samen met mijn familie heb mogen ontvangen, na het overlijden van mijn opa Oetjoe e..."

woensdag 20 juli 2011

Rouwen

Bedankt. Bedankt voor alle steun en lieve woorden die ik samen met mijn familie heb mogen ontvangen, na het overlijden van mijn opa Oetjoe en tante Willy Rering - Mauwa. De lieve woorden van troost waren geruststellend. Maar hoe geruststellend het ook bedoeld was, het is nu aan mij en aan elke familielid om het verlies te verwerken en het een plaats te geven. Alle troostende woorden ten spijt, we staan er nu alleen voor. Nu we de begrafenissen hebben gehad, kan het echte rouwproces beginnen. En een ieder doet het op zijn of haar eigen manier.

Ik weet niet hoe mijn manier zal zijn, want zoveel dierbaren heb ik niet verloren in de 32 jaar van mijn bestaan. Mijn opa Nanni Rering overleed in 1990. Toen was ik 12 jaar. Wat weet ik er nog van? Weinig. Het besef was er nog niet. Ik was nog een kind. Al snel ging ik weer over tot de orde van de dag. Maar als je het mij nu vraagt: Ik mis hem. Ik mis hem heel erg en ik denk nog vaak aan hem. Ook al sta ik niet met hem op een foto, in mijn hart is waar ik hem draag. In mijn beleving was opa Nanni, een lieve, rustige man. Hij was van een man van weinig woorden. Ik herken opa Nanni in mijn oom Willem. Niet alleen uiterlijk, maar ook van binnen. Hoe ik opa Nanni heb beleefd, dat zie ik terug in mijn oom. Mijn opa stierf op 1 december 1990 op 79 jarig leeftijd. Een paar weken later zou hij 80 jaar geworden zijn.

Mijn oma Sien Rering - Joseph, was een strenge, maar toch lieve vrouw. Het was een vrouw die veel had moeten doorstaan in haar leven. Zij heeft vele obstakels overwonnen. Alles is haar nooit komen aanwaaien. Zij heeft er hard voor moeten werken. Toen ik een kleine jongen was, vond ik het niet leuk, om naar mijn oma te gaan, want oma was zo streng. Ze had overal wel regeltjes voor. Als er iets waar een kleine jongen hekel aan heeft, dan zijn het wel regeltjes. Naarmate ik ouder werd, vooral toen mijn opa was overleden, ben ik mijn oma steeds beter leren kennen. Ik ontdekte de zachte kant aan haar. Ik heb vele malen met haar gelachen en hoewel zij niet van de knuffelen was etc, gaf ik haar knuffels en een kus op de wang. De laatste periode voor haar dood, was ik vaak bij oma thuis. Ik was destijds 26 jaar. Ik vond het fijn om oma te zien. Deels kwam dat voort uit schuldgevoel, want ik was vaker bij familie Terinathe, dan bij familie Rering. Iets in mij zei:”Emerson, jij hebt geen één oma, maar twee. Vergeet dat niet”. In het begin was oma verbaasd, dat ze mij onaangekondigd langs zag komen, maar naarmate ik vaker langskwam, zag ik dat ze het op prijs stelde. Mijn oma had een aparte manier om te laten merken dat ze van me hield. Ze heeft het nooit gezegd, maar haar glimlach zei genoeg. Ze werd opgenomen in het ziekenhuis te Leeuwarden, waar ze een nieuw hartklep zou krijgen. Voordat ze naar het ziekenhuis werd gebracht door mijn tante, stond ik in de deuropening: “Oma, snel weer beter worden hè? Ik wil dat gemopper en hoté hoté niet missen”. Dat was haar stopwoord “Hoté Hoté, als ze weer eens ging mopperen. By the way, je moet een Molukker zijn, om het exact en precies uit te spreken. Oma keek mij aan en we omhelsden elkaar. Dat was de eerste keer en tevens laatste keer dat we elkaar hadden omhelsd. Mijn oma Sien Rering - Joseph overleed op 30 april 2005 in het ziekenhuis van Leeuwarden, na een reeks van complicaties die optraden na haar operatie. Oma was 76 jaar.

Mijn tante Willy is vorige week woensdag overleden. Ze was een lieve tante. Zo begripvol en ondersteunend. Bij haar wist ik, zij luistert. En ook al luisterde ze niet, als ik haar wat vertelde, dan kwam ze over alsof ze luistert. Heel rustig en bedachtzaam. Ik heb mijn tante nog nooit haar stem horen verheffen. Dat was niet nodig. Ook al was ze lief en rustig, zij was een vrouw die je niet kon tegenspreken. Dat wilde je ook niet. Dat was ook nooit nodig geweest. Haar man, mijn oom dus, was druk en rebels. Hij was niet alleen erg druk met zijn mond, maar ook met zijn fysiek. Tel daarbij zijn donkere, zware stem erbij op en dan snap je waarom ik vroeger in mijn broek piste van angst, toen ik op mijn flikker kreeg van mijn oom. Hij was totaal het tegenoverstelde van mijn tante. Maar hoe hij ook was en deed, mijn tante bleef aan zijn zijde staan en je zag dat die twee echt van elkaar hielden. Ze hielden elkaar in balans. Mijn tante stond voor iedereen klaar. Nu kan ik wel hemel en aarde gaan vervloeken en vragen waarom het juist deze vrouw, moeder van 1 dochter, oma van 2 kleinkinderen, moet overkomen, maar dat helpt niet. Na een lang ziektebed, is ze uiteindelijk vorige week Woensdag, 13 juli 2011 op 57 jarig leeftijd overleden. Men zegt: “Het was haar tijd”, maar zo’n vrouw als mijn tante, je gunt haar dat ze oud wordt. Dat ze 80 jaar of ouder wordt. Je gunt haar dat ze haar kleinkinderen ziet opgroeien. Maar niet dit. Dit gun je uiteraard niemand, maar sowieso mijn tante niet.

Op zaterdag 9 juli 2011, terwijl ik bij de kapper was, kreeg ik een telefoontje van mijn broertje Etienne, dat het heel slecht met mijn tante ging en of ik met spoed in Assen wou komen. Wij, mijn gezin en ik, kwamen aan het Hospice, waar zij verpleegd werd. Alles wees erop dat we op het ergste moesten voorbereiden. Mijn broertje was geslaagd voor zijn opleiding en het was al gepland dat we dit zouden vieren met de familie. Toen we aan het eten waren bij mijn ouders dus, werd er gebeld met de mededeling dat mijn opa gereanimeerd werd. Wat volgde is reeds bekend. Vanuit het Wilhelmina Ziekenhuis werd hij, in comateuze toestand, overgebracht naar het UMCG te Groningen, maar ook daar ontwaakte hij niet. Mijn opa stierf op 12 juli 2011 om 20:06 uur in het UMCG te Groningen. Mijn opa was 87 jaar geworden. Het is nu 20 juli 2011 en de tijd is 23:58 uur. Over exact 2 minuten is hij jarig. Gefeliciteerd met uw verjaardag opa. Het is raar en erg confronterend om morgen na het werk, naar uw huis te gaan om uw verjaardag te vieren, wetende dat u er niet meer bent. Dat u niet in de keuken bent om te koken. Het is raar om uw stem niet te horen. Dat u niet meer op de bank zit, wapperend met een stuk papier omdat u het warm heeft, of dat u in slaap valt, omdat u moe bent. Het is raar en tegelijkertijd onwerkelijk. Maar het is de realiteit. U bent er niet meer. Wat rest zijn herinneringen, foto’s en video’s. Wat nu volgt is de acceptatie en het echte besef dat u er niet meer bent. Nu ik er bij stil sta dat u, opa en oma Rering en tante Willy er niet meer zijn, nu voel ik pas wat echt rouwen is.

Ik hou van jullie en zoals ik al eerder zei: “Dit is geen afscheid, maar tot ziens”.

Emerson

dinsdag 12 juli 2011

Mijn opa Utju

Mijn opa is niet meer. Mijn opa Utju is vandaag, 12 juli 2011 om 20.06 uur, op 87 jarig leeftijd heengegaan. Ik mis hem. Heel erg. Op moment van schrijven, type ik deze woorden. Ik lees ze, maar het dringt nog niet tot mij door. Ik heb de afgelopen dagen heel wat gehuild, maar toch kan ik het niet geloven. Zo plotseling. Wie had dit verwacht? Niemand. We weten dat we allemaal gaan, maar mijn opa was sterk. Toen hij zaterdag werd opgenomen in het Wilhelmina Ziekenhuis in Assen, was er geen medisch dossier over hem. Dag lag niet aan het ziekenhuis, maar mijn opa had er gewoon geen één. In de 60 jaar dat hij hier in Nederland leefde, is hij geen enkele keer opgenomen geweest! Zo sterk was opa.

Mijn opa en oma, Jozef en Martha Terinathe, waren samen met hun 2 kinderen, 4 van de duizend passagiers op de Kota Inten. Tien jaar voordat zij aankwamen in de haven van Rotterdam, had mijn opa voor de KNIL gekozen. De oorlog was in Nederland reeds uitgebroken en in Azië werd de Japanse dreiging steeds groter. Na schooltijd moest mijn opa marcheren en schieten zonder patronen. Wanneer de oorlog zou uitbreken moest hij klaar staan. Omdat mijn opa op dat moment bij de militie zat en dus geen echte militair was, zou zijn familie niks van de regering ontvangen, als hij in de oorlog kwam te sneuvelen. Mijn opa had daarom gekozen om in dienst te gaan. Mijn opa was nog geen 18 jaar toen hij in Kotaradja (Sumatra) werd goedgekeurd.

Op 1 maart 1942 zat mijn opa in Bandung, toen hij hoorde dat alle afdelingen werden opgeroepen. Zij moesten zich gereed maken, omdat Japan begonnen was om Java aan te vallen. Om één uur hoorden zij dat ze naar de stellingen van Kalidjati moesten gaan. Na een week van gevechten, hoorde het inmiddels naar Bandung teruggetrokken bataljon van mijn opa dat zij werden bedankt voor hun strijd en dat zij zich moesten overgeven. Mijn opa werd krijgsgevangen gemaakt. Nadat hij op diverse plaatsen als krijgsgevangene had vastgezeten, werd hij op een schip gezet om als dwangarbeider voor de Japanners te gaan werken. In augstus 1943 kwam het konvooi aan in Ambon. Mijn opa had Ambon en de Molukken tot op dat moment nog nooit gezien, omdat hij op Java was geboren en op Sumatra was opgegroeid.

Op 15 augustus 1945 zat mijn opa gevangen in Saoemlaki op het eiland Jamdena. Van een capitulatie wist hij niks. Het zou nog enkele weken voordat mijn opa en anderen met een schip werden opgehaald om in Ambon stad op krachten te komen. Mijn opa besloot bij te tekenen. Op Ambon leerde mijn opa, Martha Paays kennen. Volgens mijn opa was het liefde op eerste gezicht. Op 11 oktober 1946 besloten zij te gaan trouwen. Begin 1950 was hij gedatcheerd in Malang, wachten op een beslissing van de Nederlandse en Indonesische regering. In Malang hoorde hij dat alle KNIL militairen op dienstbevel naar Nederland moesten. Wie niet naar Nederland zou gaan, zou vijfduizend gulden krijgen. Later hoorde hij dat hun allen naar Soerabaja moesten vertrekken. Eenmaal in Soerabaja krijgen zij te horen dat zij zich moesten inschepen op de Kota Inten. Waarop hun lange, onzekere reis naar Nederland begon.

Wat eigenlijk een tijdelijk verblijf van een half jaar zou zijn, is nu een definitief bestaan geworden, wat al 60 jaar beslaat. Mijn opa en oma werden vanuit Amersfoort naar voormalig kamp Westerbork gebracht. Dat kamp werd omgedoopt tot Kamp Schattenberg. In totaal hebben mijn opa en oma 12 kinderen gekregen. Hedendaags zijn zij gezegend met 20 kleinkinderen en 9 achterkleinkinderen.

Opa bleef sterk. Nooit liet hij ons in de steek. Hij stond altijd voor ons klaar. En niet alleen voor ons, maar voor de hele Molukse gemeenschap in Assen. Altijd andere families meehelpen met o.a. koken. Als er een beroep op opa werd gedaan, dan stond hij er. Altijd. Iedereen was welkom bij opa thuis. En iedereen voelde zich thuis. Zijn verhalen over vroeger zijn legendarisch. Hij kan urenlang boeiend vertellen over wat hij vroeger had meegemaakt. Dan zat ik met hem aan tafel en ook al wist ik het verhaal en kon ik de zinnen wat hij wou zeggen, praktisch voorzeggen, ik liet hem praten. In zijn ogen zag ik zijn beleving.
“Ja Emerson. Opa kon goed schieten. Ik bestuurde niet alleen tanks, maar was ook scherpschutter. Dan lag ik hoog op de berg. Ik zag de Japanners eraan komen en dan was het, wachten, wachten. Goed in het vizier en Pang!! Schieten!! 100 kogels, 100 Japanners. Dood!!”
En toen ik vroeg: “Maar hoe dan opa, 100 kogels, 100 Japanners dood?”
Antwoordde hij laconiek:”1 kogel voor 1 Japanner”.
Eraan toevoegend: “En als opa geen kogels meer had, dan gewoon steken met bajonet. Ja, het was dood of gedood worden. Zo simpel is dat”.
En zo simpel zei hij het. Maar zo simpel zoals hij dat deed voorkomen, zo simpel was dat dus niet. Ik wist, dit is zijn manier van trauma’s verwerken. Al dat leed wat hij heeft moeten doorstaan.

En soms voerde hij ook een stand up comedian act op. Ik wist nog heel goed dat ik, aan tafel, hard op afvroeg of het leger niet iets voor mij was. Waarop hij in lachen uitbarstte! “Jij leger??! Het enige waar jij aan denkt is eten! Jij eet zoveel, veel meer dan een soldaat. En dan wil jij het leger in? Emerson, als er oorlog uitbreekt, dan sterf jij niet door een kogel, maar door de honger!” Waarop hij weer keihard begon te lachen. Of die ene keer dat ik ging opscheppen dat geen enkele vrouw mij kan domineren. Ik zou dan de baas in mijn eigen gezin. Mijn regels. Hoofdschuddend begon hij te lachen: “Emerson. Jij bent dan wel het hoofd van de gezin, maar de vrouw is de nek. En het hoofd kan niet, waar de nek niet heen wilt gaan haha”. Humor van de bovenste plank!

Ik mis hem heel erg. Voor de Molukse gemeenschap in Assen is hij opa of Bung Utju. De man die dag in, dag uit, weer of geen weer, op zijn fiets stapte om boodschappen te doen. Meerdere keren op een dag. Maar voor mij was hij mijn opa. Mijn tweede vader. Mijn vangnet, wanneer ik het moeilijk had. Opa wist mij altijd weer te prikkelen. Gerust te stellen. Opa gaf mij advies. Maar niet alleen aan mij, maar aan iedereen, want opa observeerde. Hij heeft 12 kinderen grootgebracht, met allen een ander karakter. Karakters die botsen of juist goed samen gaan. Uit die 12 kinderen zijn 20 kleinkinderen voortgekomen en 9 achterkleinkinderen. En opa stond voor ons allen klaar. Hij wist bij elk persoon hoe diegene in elkaar stak en wist daarnaar te handelen. Nooit koos hij partij, als er onderling tussen kinderen of kleinkinderen onenigheid was want, zo zei hij altijd, wij zijn allen Gods kinderen. En nu heeft God onze opa, overgrootvader, vader en liefhebbende echtgenoot tot zich geroepen. Met opa is ook de laatste nog in leven, eerste generatie Molukker van onze kampong Kamarian hier in Nederland, heengegaan.

Selamat Djalang opa Utjuh. Bedankt voor de wijze lessen. Bedankt voor uw liefde, steun en toeverlaat. Al het goede wat ik van u heb meegekregen, zal ik doorgeven en gebruiken in de opvoeding van mijn eigen dochter, uw achterkleinkind Raphorah. Wij als familie zullen sterk blijven. Daar hoeft u zich geen zorgen over te maken. Wij zullen goed voor oma zorgen en weten dat u over zult waken. Ik mis u heel erg, maar ik weet, er komt een moment waarop ik u weer zal zien. Dit is dan ook geen afscheid, maar tot ziens.

Ik hou van u en zal u altijd in mijn hart dragen!

Emerson

zondag 10 juli 2011

Missen

Missen. Missen is een beladen woord. Missen is een woord met een negatief bijklank. Het is woord wat meteen duidelijk maakt dat iets niet compleet is. Dat iets gemist wordt. Missen. Een woord waar ik niet vaak geconfronteerd mee wilt worden. Maar ik kan er niet aan ontkomen. De keiharde realiteit is dat ik heel wat mis, deze dagen. Ik mis mijn opa en tante Willy.

Mijn tante ligt, op moment van schrijven, op sterven. Kanker is de oorzaak. Mijn opa kreeg afgelopen Zaterdag een hartstilstand. Op moment van schrijven ligt hij in coma in het UMCG te Groningen. Beide mensen zijn mij zeer dierbaar en dan vraag ik me af, waarom dit juist deze mensen moet overkomen. Ik mis ze. Gek eigenlijk dat het de kleine dingen zijn, waar je meteen aan denkt en wat je ineens bent gaan missen. De lieve, zorgzame stem van mijn tante. Zo begripvol en ondersteunend. Bij haar wist ik, zij luistert. En ook al luisterde ze niet, als ik haar wat vertelde, dan kwam ze over alsof ze luistert. Heel rustig en bedachtzaam. Ik heb mijn tante nog nooit haar stem horen verheffen. Dat was niet nodig. Ook al was ze lief en rustig, zij was een vrouw die je niet kon tegenspreken. Dat wilde je ook niet. Dat was ook nooit nodig geweest. Haar man, mijn oom dus, was druk en rebels. Hij was niet alleen erg druk met zijn mond, maar ook met zijn fysiek. Tel daarbij zijn donkere, zware stem erbij op en dan snap je waarom ik vroeger in mijn broek piste van angst, toen ik op mijn flikker kreeg van mijn oom. Hij was totaal het tegenoverstelde van mijn tante. Maar hoe hij ook was en deed, mijn tante bleef aan zijn zijde staan en je zag dat die twee echt van elkaar hielden. Ze hielden elkaar in balans. Nu kan ik wel hemel en aarde gaan vervloeken en vragen waarom het juist deze vrouw, ergens achterin de 50, moeder van 1 dochter, oma van 2 kleinkinderen, moet overkomen, maar dat helpt niet. Ze is nog te jong om te gaan. Zo’n vrouw als mijn tante, je gunt haar dat ze oud wordt. Dat ze 80 jaar of ouder wordt. Je gunt haar dat ze haar kleinkinderen ziet opgroeien. Maar niet dit. Dit gun je uiteraard niemand, maar sowieso mijn tante niet.

Mijn opa. Een man, die alleen in Nederland aankwam met zijn vrouw en twee kinderen, maar die uiteindelijk zijn gezin in Nederland zag groeien met in totaal 12 kinderen, 20 kleinkinderen en 9 achterkleinkinderen. Er was een tijd dat ik dacht dat die man onsterfelijk was. Zo sterk. Afgezien van zijn astma, had hij verder geen gezondheidsproblemen. Ik kijk heel erg tegen hem op. Mijn opa is een man, wat ik ook graag wil zijn, maar wat ik niet kan zijn, want mijn opa is uniek. Ik mis hem. Dit had ik niet verwacht. Natuurlijk, er komt een tijd dat wij allemaal gaan. In mijn achterhoofd wist ik al die jaren, er komt een moment dat opa gehaald wordt. Opa is 87 jaar. Dit jaar is hij 65 getrouwd met mijn oma die 83 jaar is. Op die leeftijd kan je zeggen, ja begrijpelijk. Maar begrijpelijk is het niet. Het accepteren helemaal niet, want er zit nog zoveel leven in die man. We zien mensen aftakelen naarmate ze ouder worden. Ze worden vergeetachtig, gaan dementeren. Kunnen niet voor zichzelf zorgen. Maar niet mijn opa. Fysiek was hij niet één van de fitste meer, maar voor zijn erg leeftijd nog erg gezond. Opa zat nog altijd op de fiets boodschappen doen bij de winkelcentrum Nobellaan. Weer of geen weer, daar ging hij. Op de fiets om boodschappen te doen, om weer een lekkere gerecht voor de familie te maken. Opa was nog erg sterk in zijn geheugen. Opa wist de mooiste verhalen te vertellen. Over oorlogstijd. Hoe hij oma ontmoette. Hoe hij aankwam hier in Nederland. Opa vertelde dat zo boeiend, dat je het praktisch kon visualiseren. Ook al hoorden wij zijn verhalen al meer dan 1000x, we lieten het die man vertellen. En keer op keer voelde je aan alsof je het voor de eerste keer hoorde. “Opa, vertel ons meer. Opa, hoe was het vroeger?” En daar ging hij weer. Verhalen vertellen. En wij vonden het prachtig. Dat mis ik.

Hoezeer hij ook ervan hield om verhalen te vertellen, nooit had hij de behoefte gehad om dit ook buiten de familie te doen. Ik ben vaak benaderd door mensen, die opa’s verhaal wilden horen. TV Drenthe, Dagblad van het Noorden, Molukse instanties etc. Als er een special rond Molukkers werd gemaakt, werd ik gevraagd of ze opa mochten interviewen. Opa’s antwoord was altijd “Nee”. Een keer heeft hij meegewerkt aan een boek. Dat was het boek “Groeten uit Schattenberg”. Voor één keer heeft hij een beknopte versie van zijn verhaal verteld. Een keer heeft hij mensen een blik in zijn leven gegeven.

Wat ook erg kenmerkend was aan mijn opa, was zijn manier van hoesten. Ik ga niet vaak naar de kerk, maar als ik er was en ik hoorde zijn manier van hoesten, wist ik: “Opa is hier ook”. Gek eigenlijk dat al deze dingen, wat voorheen onbelangrijk en vanzelfsprekend was, nu ineens belangrijk is en dat je dat gaat missen.

dinsdag 14 juni 2011

Oude foto's

Ik vond laatst een cd met allemaal foto's erop. Toen ik was verhuist naar de woning waar ik nu woon, had ik alles in dozen gestopt. Ik betrok een kleine, maar knusse bovenwoning aan de rand van het centrum in Groningen, tegenover UMCG. Het is een bovenwoning, met een woonkamer, wc en keuken en een tweede verdieping, waar mijn twee slaapkamers zich bevinden en de douche. De bedoeling was eigenlijk dat ik hier alleen zou komen te wonen. Voorlopig. En naarmate mijn relatie vorderde met Daisy, zou zij in een later stadium bij mij intrekken. We kwamen allebei uit een vrij stressvolle relatie. Ik woonde samen met mijn ex en na 3 jaar, zag ik het niet meer zitten en verbrak ik de relatie. Daisy, ik weet niet hoelang zij met haar ex had, maar zij had ook genoeg van hem, zodoende kwamen wij elkaar tegen op een zaterdagavond in Newscafe.

Ik was net anderhalf maand vrijgezel en zij nog maar net 3 weken. Zowel haar vriendinnen als mijn vrienden hadden ons ten strengste afgeraden om zo snel weer een relatie te beginnen. Maar uiteindelijk waren Daisz en ik er toch aan begonnen. En het ging goed. Beter dan dat we ons ooit durfden voor te stellen. We begonnen na een tijd te praten over samenwonen, maar aangezien we beide uit een stressvolle relatie kwamen, hadden we besloten dat ik eerst alleen ging wonen en dat zij uiteindelijk bij mij in zou trekken. We hadden het nog lang niet over kinderen krijgen. Dat is was iets voor in de toekomst. Eerst samenwonen, aan elkaar wennen dagelijks en dan veel later pas over kinderen beginnen. Aangezien ik dus een kamer over had, had ik twee opties:

- Of ik gebruik die kamer als logeerkamer
- Of ik ben die heerlijke egoist en richt die kamer als mijn "relax kamer". Heerlijk al mijn boeken (Ik lees veel), DVD's (Ik kijk veel films) en cd's (Ik luister veel muziek) in die kamer zetten met mijn tv, playstation 3 en een Ajax Poef.

Dat was de bedoeling! Totdat Daisz mij op een maartse zondagmiddag van 2010 opbelde met de mededeling dat ze zwanger was. 9 maanden later was Raphorah geboren. En we wonen samen. Het gaat goed. Het gezinsleven bevalt me prima. Ik kan en wil geen leven zonder mijn gezin voorstellen. Mijn gezin is mijn alles en voor het eerst in mijn leven voel ik, dat mijn leven compleet is. Daisz en ik zijn gezegend met een vrolijk, actief, ondernemend kind van 7 maanden oud. Toen ze 3 maand was kon ze al voortreffelijk zien. 2 maanden later rolde ze al. Nog een maand later, dus toen ze een half jaar was, kroop ze al en nu, ze is net 7 maand, heb ik haar betrapt dat ze al zelf overeind kan komen in haar box. Ze ontwikkelt zich zo snel, dat Daisz en ik het met verbazing aanzien, ook omdat de consultatiebureau zegt, dat zij al dingen doet wat een kind van 10 maand pas doet.

We genieten. Elke dag. Ons leven staat in het teken van onze dochter. De komst van Raphorah had wel als gevolg dat mijn gekoesterde "relax kamer" in rook opging. Mijn "relax kamer" is Raphorah's babykamer geworden. Ik heb dus geen ruimte voor mijn 1800 DVD's, 1000 cd's en ruim 100 boeken. De dvd's heb ik wel een plek kunnen geven, maar helaas pindakaas voor mijn cd's en boeken. Nog steeds verdoemd en veroordeeld tot een leven in kartonnen dozen.

Laatst opende ik één doos en vond allemaal foto's van vroeger die ik had gedigitaliseerd van vroeger. Het was leuk en heel bijzonder te zien dat Raphorah toch kenmerken vertoont van mij, toen ik nog een baby was. Ik zag foto's van mij samen met mijn hele jonge 20+ ouders, mijn 5 jarige broer Gregory en samen met allemaal neven en nichten. Ik kan me weinig van die periode herinneren, maar toen ik de blik zag van mijn ouders naar mij en mijn broer toe, wist ik het. Dat was exact hetzelfde blik als wat ik nu werp naar mijn dochtertje Raphorah. Ik kan het niet omschrijven. Mijn moeder keek me aan en ik zag mezelf erin. De zoon is de vader geworden.




maandag 13 juni 2011

vriendschap

Ik sta altijd voor mijn vrienden klaar. Ook al heb ik nu een gezinsleven, een baan en verantwoordelijkheden, toch heb ik tijd over mijn vrienden. Vrienden moet je koesteren. Een vriendschap is niet vanzelsprekend. Ik heb altijd gedacht dat ik heel veel vrienden had. Ik ben erg sociaal. Ik leg makkelijk contacten en het naieve van mij is, dat een ieder exact hetzelfde denkt over mij als ik over hen. Wat heb ik mij lelijk vergist zeg, door al die jaren heen. Door omstandigheden en situaties, eweet ik nu wie mijn beste en goede vrienden zijn.

Als je beste of goede vrienden van elkaar bent, vind ik dat je alles eerlijk kan vertellen. Ook wat niet leuk is om te horen. Daar zijn vrienden voor. Eerlijk zijn. Confronterend. Elkaar scherp houden. Dan heb je even een discussie en een meningsverschil, maar daarna is het weer opgelost. Ik ben niet lang boos op een vriend. Dat kan ik niet. De band is hecht en sterk en ik vind dat dat niet ten koste moet gaan van iets wat het niet waard is.

Ik koester mijn vrienden. Ik hoef mijn vrienden niet elke dag te zien of te spreken, maar als ik zie of spreek, dan is het goed. Het gevoel is goed. Maar helaas komt het ook voor dat het gevoel van mijn kant goed zit, maar aan de andere kant niet. Ik sta op foto's met vrienden, waar ik met ze lach, een arm om hun heen sla, ouwehoer, gekke bekken trekken etc. En dat voor jarenlang. En dan krijg ik te horen dat ze mij eigenlijk niet mogen. Dat ze aardig doen tegen mij wanneer ze mij zien, maar dat ze eigenlijk niet met mij door één deur kunnen. En dan schrik ik, want ik denk er totaal anders over.

Als ik iemand mag, dan mag ik diegene 100% Ik kan niet alsof doen. Dan hou ik alleen mezelf voor de gek. Het is dan niet leuk om te horen, dat diegene waarmee ik lach, mij eigenlijk niet mag. En dan confronteer ik hem ermee, geeft hij zich niet thuis. Ik kan wel denken van: "Dat zegt meer over hem dan over mij", maar eigenlijk blijf ik dan in het ongewisse. Want ik wil het niet geloven. Iemand waar ik jarenlang naar mijn gevoel, goed mee ben omgegaan, kan geen hekel aan mij hebben. Iemand kan niet jarenlang schijnheilig gedragen. Ik geloof in het goede van de mens. En als iemand goed voor mij is, ben ik goed die persoon.

Natuurlijk heb je meningsverschillen in een vriendschap en heeft een ieder weleens een aanvaring gehad met een vriend. Zolang het respect blijft, dan zal vriendschap standhouden. Iedereen kan heel veel over mij zeggen, maar wat ze niet kunnen zeggen is dat ik geen goede vriend ben. Mijn beste vrienden, die weten dat. Zij accepteren hoe ik echt ben in al mijn tekortkomingen en fouten, want niemand is perfect. Mijn beste vrienden, ik kan ze op anderhalf hand tellen.

Ik sta met tientallen mensen op foto's, maar die personen, die ik reken tot mijn beste vriendengroep zijn goud waard voor mij. De rest, ook waar ik mee op foto's sta, kan me weinig boeien. Het is nooit leuk om te horen dat iemand jou niet mag, maar leg het naast mij neer. Zoals ik zei, ik heb mijn werk en gezin. Daarnaast telt alleen mijn familie en beste vrienden.

Ik geef niks om de rest.

vrijdag 10 juni 2011

Mijn liefde en haat voor Lays

“It’s a thin line between love and hate”. Wie kent kent dat zinnetje niet? De jaren negentig R&B groep H-town maakte er nog een toepasselijk nummer van op de soundtrack van de gelijknamige film met Martin Lawrence. Voor diegene die geen Engels kunnen of niet weten waar het om draait, in het Nederlands is het: “Het is een dunne lijn tussen liefde en haat”. Het klinkt gelijk minder poëtischer.

Waar draait het om? Het gaat om twee ex geliefdes die elkaar het licht in de ogen niet meer gunnen. Wat ooit zo intens was is verdwenen. Waar je ooit met vol verlangen naar uitkeek, is niet meer. Waar je eerst zo vol liefde over sprak, wil je nu het liefst niet meer over hebben. Hoe is dit mogelijk? Wat maakt geliefden eerst intens gelukkig en nu niet meer? Is het bedrog? Is het verraad? Is het de bekende sleur? Want zo kan liefde omslaan in haat.

Bij mij is dat ook gebeurd. Mijn liefde voor Lays paprika chips was niet in woorden te omschrijven. Ik omarmde een Lays paprika zak. Elke keer bij de bioscoop, in de supermarkt. Mijn verlangen naar Lays was niet te stillen. Ik hield van Lays en Lays hield van mij. We waren aan elkaar verbonden. Altijd waren we samen. Was ik gelukkig, dan was Lays er om mijn geluk te delen. Was ik verdrietig, dan was Lays er om mij te troosten. Totdat Lays er midden in de nacht dreigde ervandoor te gaan. Er was niet wat ik kon doen. Lays had me verlaten. Van verdriet had ik overgegeven en zag dat het laatste restje liefde van Lays naar mij, mijn lichaam had verlaten.

En nu kan ik Lays niet meer uitstaan! Ik haat je! Ik wil jou niet meer! Ik lust jou niet meer. Ja, ik lust jouw rauw. Jij onbetrouwbaar stuk vreten! Ik had het kunnen weten. Wat een sukkel ben ik ook! En dat terwijl ik jou altijd trouw was gebleven? Okay, ik flirtte met jouw rivaal Smits en op een gegeven moment, kwam mijn ex geliefde Croky weer om de hoek kijken. Maar heb ik toen wat gedaan?! Ben ik toen vreemd gegaan?! Nee! Zelfs die andere goedkope, thuis merkende hoeren konden mij niet bekoren. Altijd bleef ik jou trouw, omdat ik wist: Jij wacht op mij thuis. Ik zag jouw glimlach. Ik voelde jouw warmte. Na alles wat ik voor jou had gedaan, doe jij dit? Mij achterbaks, in het holst van de nacht, stilletjes proberen te verlaten?!

Ik weet genoeg. Sterf! Sterf, van aardappelen, maar mislukte uit mensenhanden gemaakt product! Jij hebt geen bestaansrecht. Ik kots van jou. Letterlijk. Telkens als ik jou zie, of iets wat op jou lijkt, heb ik al braakneigingen! Ik walg van je en heb spijt van al die energie en geld wat ik in jou gestoken hebt! Mij hou niet meer voor gek. En jouw nichtje Lays Bolognese kan ook optiefen! Zij kan al helemaal niet tippen aan het mooie zusje van Croky paprika, Croky Bolognese.

Ik haat je Lays! Jij hebt mij verraden. Jij hebt mij bedrogen. Nooit zal ik je meer terugnemen. Ik kan jou niet meer vertrouwen. Het vertrouwen is weg. Let op mijn woorden Layz. Hier zal jij voor boeten. En waag het niet om op verjaardagen van mijn vrienden of familie te komen. Als ik je zie, als ik je zelfs ruik, ik schop jou naar buiten!

Ik ben klaar met jou!

donderdag 9 juni 2011

Brillie

Ik blijf het doen. Schrijven over andere mensen. Ik zou dolgraag over andere dingen willen schrijven, zoals de natuur en wetenschap, maar halverwege de pagina hou ik er alweer mee op. Want daarover schrijven, dat is niet aan mij besteed. Nee, ik ben meer van dat platvloerse. Dat directe.

In dat kader wil ik nu graag hebben over een persoon die ik heb gekend. Om privacy te waarborgen, zal ik zijn naam vingeren ehhh… fingeren bedoel ik. Je snapt dat wel. “In verband met privacy redenen is de naam gefingeerd”. Vroeger toen ik die zin las, moest ik lachen. Ik begreep het niet. Een naam vingeren? Hoe is dat in godsnaam mogelijk? Een naam op papier mache uitknippen en dan met je vingers erdoorheen? Ik snapte het niet. Sowieso, een kut tekenen met een gaatje erdoorheen is zo gedaan. En dan met je vingers erdoorheen, dat noemen we “droog vingeren”. Zoiets als “droog neuken” maar net iets anders. Een veilige manier van vingeren, zonder geslachtsgemeenschap. Bestemd voor mensen voor wie een echt wijf of een rubberen Annie niet kunnen permitteren.

Maar die persoon dus, ik noem hem Brillie, de plicht roept om over hem te schrijven. Dat verdient hij. Ik heb vaak genoeg over hem getwitterd, maar nog nooit heb ik een heel column aan hem gewijd. Op Twitter was hij mijn muze. Hij inspireerde me. Als ik me verrot voelde, of ik moest mijn agressie kwijt, dan was Brillie verbaal mijn boksbal. Brillie heeft me doen verbazen. Nog nooit heeft iemand zoveel koosnaampjes gekregen, op het moment dat die zichzelf had voorgesteld. Brillie wel. Zijn koosnaampjes waren talrijk: Brillie, Oortjes, Brilsmurf, Wijntje, Asperge, noem maar op. De laatste twee naampjes vergt wat uitleg. Hij lijkt op SBS6 coryfee Maurice Wijnen en wat betreft Asperge, zoek zelf maar op: Syndroom van Asperge.

Brillie wekt weerstand op. In eerste instantie dacht ik dat hij leuk vond om mensen in het harnas te jagen. Lekker even pesten. Dat is voortgevloeid uit het feit dat hijzelf als kleine jongen gepest werd. Een andere reden zou ik niet kunnen bedenken. Brillie was dat type jongen, waar je heel graag een basketbal tegen het hoofd aan zou willen gooien tijdens gymles. Ook al wilde je het niet, het gebeurde toch. Dan nam jouw arm het heft wel in eigen handen. Zodra Brillie eraan kwam, BAMM! Een basketbal vol in het gelaat. En dan zeggen: “Sorry, ik dacht dat het de basket was, maar het was jouw grote brilglas!”

Brillie heeft het fysiek en motoriek van Jort Kelder, maar de kop van Maurice Wijnen. Erg aantrekkelijk dus, als je van lelijk houdt. En daar komt nog eens de stem en eigenwijsheid van Brilsmurf bij, dan is het plaatje helemaal compleet. Hij haalde het bloed onder onze nagels vandaan. Bij mij ook. Vaak genoeg kwam het tot een verbale confrontatie, waar ik uiteindelijk als winnaar uit de bus kwam. Brillie wist altijd alles beter. Hij was nog erger dan een betweter. Brillie was een professor, vond hij zelf. Nooit had hij het verkeerd. Nooit had hij ergens geen verstand van. Hij wist alles en liet dat maar al te graag op een wat narrige toon weten.

Ondanks alles respecteer ik Brillie. Iemand die zijn eigen leidinggevende ter verantwoording heeft geroepen over diens functioneren, dat kan je zien als een zelfmoord actie, maar ook als lef. Hij was wie hij was en niets of niemand kon hem daarvan af brengen. Brillie is de reden waarom mensen haten. Hij wekte zoveel weerstand op, dat het praktisch onmogelijk is, dat ik ooit weer iemand zal ontmoeten, die hem zou kunnen overtreffen. Want ik moet toegeven, Brillie was in zijn eigen soort uniek. Een markant persoon en een ieder die met hem heeft gewerkt of die hem heeft gekend moet toegeven: Brillie zullen we nooit vergeten!

maandag 30 mei 2011

Recensie: Sterk in Groningen

Gisteren was het zover. Om 15.30 uur ging de film “Sterk” in Groningen in première in het Forum Images aan de Hereplein. “Sterk” heeft de eer om de allereerste speelfilmproductie te zijn van Molukse jongeren in Nederland en die tevens geproduceerd is vanuit de Molukse gemeenschap. Deze film heeft in februari 2011 de Hasan Kaynak Award gewonnen voor integratie, participatie en emancipatie in de provincie Gelderland.

Het verhaal gaat over een groepje vrienden uit de Nederlandse plaats Tiel, tijdens een bijzondere zomer. Wanneer ze besluiten om mee te doen aan een talentenjacht wordt hun vriendschap op de proef gesteld. Ondertussen ontdekken we het mysterie van een magische basgitaar en zien we dat als je iets wil bereiken, je nooit mag opgeven. STERK is een familiefilm met een volwassen knipoog. Sterk is in eigen beheer uitgegeven en is voor alle leeftijden geschikt.

In Groningen was de film in de voorverkoop helemaal uitverkocht. Bij aankomst werden Jesse Matitawaer en ik hartelijk welkom geheten door mijn vriend Karl Jozef Kiriwenno uit Vught, waarop ik door hem werd voorgesteld aan Henry Timisela, één van The Timisela Brothers. Toen ik mezelf voorstelde, zei hij: “De Emerson?” Verrast als ik was zei ik: “Dat klopt. Positief hoop ik haha”. Waarop hij mij bedankte voor alle support en de columns wat ik al eerder schreef over de film en over zijn broer Joshua.

Nadat wij plaats hadden genomen, werd het voorwoord gevoerd door Roger Goudsmit. De in Groningen woonachtige Molukker, is de enige Molukker die in 1997 afstudeerde aan de acteursopleiding van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht. Hij speelde hierna bij verschillende theatergezelschappen. Verder schitterde hij in tv-series en films, zoals Goudkust, GTST, Het Klokhuis, Zonder Ernst en de regionale soap Boven Wotter.

De voorstelling werd geopend door wethouder Janny Visscher van de gemeente Groningen. Het bijzondere aan “Sterk” is, dat de cast nog nooit eerder hebben geacteerd en vrijwillig hebben meegedaan aan dit project. Het zijn allemaal jonge, getalenteerde Molukkers, die hun personages zo geloofwaardig hebben neergezet, zodat wij, de bezoekers, het gevoel hebben gehad alsof ze niet acteerden, maar gewoon zichzelf waren. Wat het ook bijzonder maakt is dat het, zeker voor de Molukse bezoekers, zo herkenbaar is. De onzekerheid en verlegenheid, oftewel “malu hati” waar een jonge talentvolle z anger mee worstelt, de onderlinge vriendschap en het opgroeien in een Molukse wijk, waar de oudere jongeren de jongere jongens continu uitdagen oftewel “cari muka”. Dat is allemaal zo herkenbaar. Op sommige momenten dacht ik: “Hey grappig, zo gaat dat bij ons in de Molukse wijk in Assen ook aan toe”.

De boodschap van “Sterk” is helder. Ga ervoor! Wees niet verlegen. Wees niet “malu hati” in deze maatschappij, maar benut je talenten en pak je kansen. De boodschap is zo sterk, dat het eigenlijk niet te geloven is, dat het 60 jaar heeft geduurd voordat er eindelijk een Molukse speelfilm is gemaakt. Met dank aan The Brothers Timisela.

Mocht de voorstelling ook in Assen gaan draaien, roep ik hierbij iedere Molukker uit Assen en Bovensmilde op om de film te gaan zien. Voor diegene die gisteren niet in Groningen aanwezig konden zijn, of te laat waren om een kaartje te bemachtigen, als de film in Assen gaat draaien, ga hem zien. Wees: “Sterk”!


v.l.n.r: Henry Timisela, Joshua Timisela, Emerson Terinathe, Jesse Matitawaer













vrijdag 27 mei 2011

Mijn dankwoord

Ik geloof niet in toevalligheden. Ik geloof in het lot en ben dan ook van mening dat er mensen om een bepaalde reden je pad kruisen. Je bewandelt je eigen pad. Een ieder is verantwoordelijk voor zijn of haar eigen leven en hoe het leven zich ontwikkelt. Toch zijn er mensen in mijn leven verschenen die ik nooit zal vergeten. Zowel in positieve als in negatieve zin, want ik werd erdoor gevormd. Dit wordt geen lange column over de zin en onzin van het leven. Dit wordt geen verhaal over hoe ik alles beter had moeten doen. Dat is allemaal achteraf gelul, waar ik niks mee kan. Daarom blijf ik niet lang stil staan bij alle negatieve aspecten wat ik heb meegemaakt. Dat is ook de reden waarom ik sommige exen, zogenaamde vrienden al lang en breed vergeten ben. Het geeft mij een naar gevoel om daarop terug te kijken. Als ik aan mijn ex terugdenk, dan krijg ik spontaan het gevoel dat ik moet poepen. Je kent dat wel, dat drukkende onderbuikgevoel en dat je anus dichtknijpt. Dat gevoel. Daarom kijk ik niet terug op die periode. Behalve als ik meer dan drie dagen niet heb gescheten, dan gaat het als volgt: Ik ga er eens goed voor zitten, met de broek tot op mijn enkels. Ik visualiseer de rotkop van mijn ex voor me en binnen no time zijn mijn darmen weer geleegd!

Ondanks alle doffe ellende wat ik over mezelf heb afgeroepen door een relatie met haar aan te knopen, moet ik haar ook bedanken. Dat doe ik dan ook bij dezen: “Die drie jaren wat ik aan jou verspild, waren achteraf gezien erg leerzaam. Ik weet nu hoe het voelt om jezelf te verloochenen. Ik weet hoe het is om vervreemd te raken van je eigen vertrouwde omgeving. Ik weet hoe het voelt om gewantrouwd te worden op basis van onzekerheid. Dank je voor deze jaren. Ik heb ervan geleerd en weet nu dat het nooit erger kan worden. Jij bent het absolute dieptepunt. De bodem van een vervuilde beerput. Ik dank je”.

Ik dank ook mijn allerbeste vrienden en in het bijzonder Hans Uktolseja, Mauricio Metiary, Filip Singadji, Ron Tuhusula en Marcel Tunyluhulima. Wij hebben een vriendschap wat al meer dan 20 jaar sterk is. Jullie stonden altijd voor mij klaar en accepteerden mij om wie ik ben, met al mijn fouten en tekortkomingen. Ik heb me niet altijd als een voorbeeldige vriend gedragen, maar nooit heb ik mijn respect voor jullie verloren. Er was een periode in ons leven dat ik jullie heb teleurgesteld. De manier waarop jullie mij weer omarmden, dat gevoel wat dat mij gaf, kan ik niet in woorden omschrijven. En dat zegt wat voor een kletskous als ik. Ik dank William en Josias Pormes. Ons hele leven zijn we goed bevriend. Ik dank hun en in het bijzonder William, voor alles wat hij voor mij gedaan heeft. Ook al zie ik hun veel minder dan anderen, als ik hun zie, dat zit het goed. Wij hoeven elkaar niet vaak te zien, om te bewijzen hoe goed bevriend wij zijn. De kern van de vriendschap, dat blijft hecht. Ik dank ook andere mensen die een rol hebben gespeeld in mijn leven in negatieve zin. Ik ben er sterker door geworden.

Ik dank Pooja Manoe, omdat zij mij een spiegel voorhield. Ik herkende me er niet in terug. Door haar heb ik mezelf weer teruggevonden en ben ik weer die oude Emerson, die zo herkenbaar was voor een ieder en voor mezelf. Zij rukte mij los uit de ellende waar ik in zat en trok mij weer omhoog. Ik dank haar omdat zij de reden is, waarom mijn relatie met mijn naasten veel beter en hechter is geworden dan voorheen. Zij is de reden waarom ik nu gelukkig ben met een gezin. Zonder haar was er geen Daisy en helemaal geen Raphorah.

Ik dank mijn beide ouders en mijn beide broers, Etienne en Gregory. Ik dank ook Gregory’s vriendin Susanne. Een woord zegt genoeg om uit te drukken hoe ik over jullie denk: “Liefde.”

En als laatste dank ik mijn lieve vriendin Daisy en mijn dochtertje Raphorah. Jullie zijn de reden van mijn bestaan. Daisy bedankt voor jouw oprechte liefde en vertrouwen in mij. Raphorah, wij zijn erg blij dat jij in ons leven bent gekomen. Papa houdt van jou. Voor altijd.

woensdag 25 mei 2011

Sterk is sterk!

Een stad ergens in de provincie. En een groep jongens beleeft een bijzondere zomer.  Wanneer ze besluiten om mee te doen aan een talentenjacht wordt hun vriendschap op de proef gesteld. Ondertussen ontdekken we het mysterie van een magische basgitaar en zien we dat als je iets wil bereiken, je nooit mag opgeven. STERK is een jeugdfilm met een volwassen knipoog.

Filmproject STERK is een no-budget productie van The Brothers Timisela (TBT). De broers Joshua Timisela (Tiel, 1984 - student Theatervormgeving – Hogeschool voor de Kunsten Utrecht) en Henry Timisela (Tiel, 1978 - docent/ journalist) slaan hun handen ineen en zijn verantwoordelijk voor het scenario en de productie.

De film is gemaakt door voornamelijk mensen uit de Molukse gemeenschap. Dit is een uniek feit. Sinds 1951 verblijven Molukkers in Nederland, er is sinds die tijd nog nooit een speelfilm geproduceerd door deze gemeenschap. Het verhaal is echter niet typisch Moluks, het vertelt op een humoristische manier over vriendschap en doorzettingsvermogen. Het feit dat deze film een no-budget productie is toont het doorzettingsvermogen van de cast en crew. De film heeft de befaamde Hasan Kaynak Award 2010 gewonnen voor integratie, participatie en emancipatie in de provincie Gelderland.

Aanstaande zondag, 29 mei gaat de film in Groningen in de bioscoop Images aan de Hereplein, in première. Ik ben erg nieuwsgierig naar de film, ook vanwege het feit dat ik alleen maar lovende kritieken over deze film heb gehoord en gelezen.

Eén van de broers, Joshua Timisela, heb ik bij Kemna Casting, in Amsterdam leren kennen, bij de auditie voor een rol in de film “Wijster”. Een jaar later zag ik hem weer tijdens de auditie voor de film “De Punt”. Beide keren heb ik mogen aanschouwen hoe talentvol Joshua is. Tijdens de audities leefde hij zich zo in, in zijn rol, dat ik toen al tegen hem zei: “Jij krijgt de rol. Ik weet het zeker. Het moet heel raar lopen als jij die rol niet krijgt”. Het typeerde Joshua dat hij heel bescheiden reageerde daarop: “Nou Emerson, jij was ook goed. We waren allemaal goed. Het zou mooi zijn wat jij zegt, maar ik wacht rustig af. En als ik het niet krijg, dan gun ik het een ander”.

Tegen David, een halfbloed Molukker, die ook auditie deed, zei ik: “Van hem zullen we nog veel meer horen”. Want Joshua’s creativiteit beperkt zich niet alleen op filmvak. Hij is ook zeer bedreven in de kunst en muziek. Daarom zei ik tegen David dat we nog veel meer van Joshua zullen horen. Mocht het niet op filmgebied zijn, dan wel op een andere creatieve manier. Hoe dan ook.

Mijn vooruitziende blik gaf mij gelijk. Uiteindelijk hebben mensen Joshua kunnen zien schitteren in de televisiefilms “Wijster” en “De Punt”. Dit zijn echter niet de enige films waar hij in gespeeld heeft. In 2008 was hij ook te zien de film “Skin” met acteur Robert de Hoog, die momenteel de film “Nova Zembla” aan het filmen is, samen met topmodel Doutzen Kroes. Ik ben dan ook erg nieuwsgierig wat Joshua en zijn broer Henry voor ons in petto hebben aanstaande zondag. Gezien de creativiteit van beide broers en de lovende recensies ben ik optimistisch gestemd.

Ik ben niet alleen nieuwsgierig naar de film “Sterk” maar ook naar de toekomstige projecten van The Brothers Timisela. Joshua heeft te kennen gegeven meer films/documentaires te willen maken. Hierbij gooi ik alvast een ideetje op: “Verfilming van de aankomst van Molukse KNIL militairen hier in Nederland. Een story, gezien uit de ogen van een KNIL militair. Verhaal wordt met terugwerkende kracht verteld. Een fictief, deels realistische drama epos. Een film waar ook gebruik wordt gemaakt van documentatie beelden”. Het is maar een ideetje haha.

Tot zondag!

Bronnen:

woensdag 11 mei 2011

Sex en Taboes

Er heersen tot op de dag van vandaag nog taboes op een aantal onderwerpen. En een paar van die onderwerpen zou ik graag met u willen bespreken.

Monogamie. Het klinkt als een onschuldig bordspel, maar in werkelijkheid is dat een ongeschreven wet in een relatie, waarmee wordt gezegd dat een relatie uit twee partners bestaat. Namelijk een man en vrouw. Of twee personen van hetzelfde geslacht. Dat kan ook. Ik oordeel daar niet over. Wat me wel opvalt in sommige relaties, is dat monogamie iets is waar krampachtig aan wordt vastgehouden. Alsof het een wil is met dictoriale trekjes. Voortgekomen uit onzekerheid.

Dat laatste is natuurlijk een feit, als het vanuit dat opzicht wordt bekeken. Monogamie kan je niet claimen. Monogamie is niet iets vanzelfsprekend, maar het komt wel vanuit zichzelf, als de relatie goed is. Als monogamie geclaimd wordt uit onzekerheid en jaloezie, dan houdt een relatie geen stand. Je kunt dan hoog en laag springen, als vrouw zijnde je benen nog wijder spreiden en als man zijnde de Kamasutra boek uit je hoofd kennen, als je onzeker en jaloers bent, dan komt er een dag dat je partner vreemdgaat. Hoe lekker een koekje ook is, als het een nare bijsmaak heeft, zal je partner een ander koekje eten. Monogamie in een onzekere, jaloerse relatie is als Karl Noten’s ongeloof. De ware aard komt altijd naar boven.

Je kunt monogamie niet claimen. Het moet uit zichzelf komen. Je kunt monogamie wel bespreken met je partner. Om mezelf als lijdend voorwerp te nemen: Ik ben monogaam. Ik ben monogaam naar mijn vrouw en kind, maar ook naar mijn vrienden en familie toe. En ik ben er trots op. Natuurlijk ben ik geen onschuldig koorknaapje geweest. Ook ik heb mij moeten verantwoorden wegens ontrouw. Ontrouw valt niet goed te praten, maar ik ben wel blij dat ik ook die situaties heb meegemaakt. Het heeft mij gevormd tot wie ik ben. Ik ben een vrouwenliefhebber pure sang, maar ik ben blij dat ik niet meer die drang heb om elke vrouw te “scoren”. Voor het eerst in mijn leven kan ik zeggen dat mijn relatie goed is. Mijn vrouw weet wat ze aan mij heeft en ik aan haar. Wij hebben alles eerlijk en oprecht besproken. Wij claimen geen monogamie. Dat willen wij ook niet, elkaar claimen. We weten wat de consequenties zijn bij een eventuele vreemdgaan. Er is kans op herkansing. En dat wil ik ook niet. Als mijn vrouw vreemd zou gaan, dan is het einde verhaal. Het vertrouwen is dan weg. Wij laten elkaar vrij. Geen jaloezie naar elkaar toe, maar we laten elkaar vrij in ons doen en laten. We houden wel rekening met elkaar. Die manier, dat werkt bij ons. Wij voelen ons daar gelukkig in. We zijn in balans met elkaar dus waarom zou ik vreemdgaan? Ik weet wat ik op het spel zet, en dat is de moeite niet waard.

Daarom weet ik, nu voor het eerst, goed om te gaan met verleidingen. Want vrouwen zijn slangen hoor, vooral als het aankomt tot een man die een gezin heeft. Elke dinsdag en zaterdag ben ik alleen met mijn dochtertje en hoe vaak heb ik die studentes wel niet horen zeggen: “Oh wat een schatje! Wat lief! Staat zo schattig, een papa met zijn dochtertje. En waar is mama gebleven?” Elke vader weet dit te beamen. Elke vrouw weet dit ook te beamen, zodra de papa niet in de buurt is. Dat is zo vanzelfsprekend. Daar hoef je niet krampachtig druk over te maken. Zolang je duidelijk bent, is er niks aan de hand.

Porno kijken met je vrouw. Ook zoiets. Of gewoon porno kijken. Waarom wordt daar nog steeds geheimzinnig over gedaan? We zeggen modern te zijn, maar als het hier op aankomt, is ouderwets een beter woord. Porno op de harde schijf wordt nog steeds weggemoffeld onder 10 mappen met een onschuldige benaming, zoals: Gebruikersbeheer -> Transacties 2011 -> Presentaties -> MPEG -> Videofile geld Aktie. Eenmaal daarop geklikt, wat krijg je dan te zien? DON EN AD: TIENERS VOOR GELD PART 5!

Waarom moet het nou zo moeilijk? Dat is toch niet nodig. Wees ook hierin duidelijk: “Schat, ik kijk porno”. Je hoeft je hiervoor niet eens te verontschuldigen of om toestemming te vragen. Je kijkt gewoon porno, klaar! Daar is niets vies aan. Gelukkig is mijn vriendin daar geen watje in. Het is niet zo dat wij te pas en te onpas porno kijken, maar gelukkig wordt daar niet moeilijk over gedaan, als er porno wordt gekeken. Porno kijken staat ook los van het seksleven in een relatie. Voor sommigen staat het gelijk als een gewone film kijken. Voor anderen is een porno film juist een toevoeging in hun seksleven. Dat maakt het wat spannender of het brengt stelletjes op ideeën voor andere variaties.

Nou, ik heb genoeg gepraat vandaag. FF kijken op internet wanneer de volgende erotiekbeurs is.

woensdag 4 mei 2011

God en Examen

Ik hou ervan om over de meest uiteenlopende onderwerpen te spreken. Geen onderwerp ga ik uit de weg. Ik ken geen taboes. Als ik zin heb om lekker platvloers over seks te gaan schrijven, dan doe ik dat. Schaamte ken ik niet. Ook niet naar mezelf toe. Mijn leven is gelopen, zoals het is gelopen. Een strenge gelovige zou dan zeggen dat God deze weg al lang en breed voor mij had uitgestippeld, ver voordat ik geboren zou worden. God had al lang bepaald hoe ik eruit kwam te zien, wat ik zou meemaken en wat ik nog mee zal maken. Zo is God ook verantwoordelijk voor het feit ik een experimenterende lamlul ben geweest. Eentje die geen rekening hield met anderen, maar zelf deed waar hij zin in had. En dat was niet veel. Beetje experimenteren met drugs en ontdekkingsreiziger spelen op liefdesgebied. Daar bleef het wel bij.

Ik ben gelovig, maar toch vind ik niet dat God alles al heeft uitgestippeld. Ik ben namelijk zelf verantwoordelijk voor mijn eigen daden. God niet. God kijkt alleen maar toe. Ik dank God wel voor het feit dat Hij mijn leven verrijkt heeft met een dochtertje. Daar acht ik Hem wel verantwoordelijk voor. Dat Hij dat heeft gedaan, getuigt van lef hoor. Hij heeft mij een verantwoordelijke taak gegeven. Voor iemand die zich nog nooit verantwoordelijk gedroeg, moet je wel ballen hebben om te zeggen: “Emerson, jij kunt het. Ik vertrouw op je, dat je dit kind correct zal opvoeden”. En dat zal ik doen. Ik zal Zijn vertrouwen niet beschamen. Raphorah en Daisy. Met hun in mijn leven voel ik mij gezegend. Herboren. Een ander mens. Nog steeds met hetzelfde uiterlijk, maar van binnen compleet iemand, maar nog steeds mezelf. New and improved me. Emerson versie 3.2.

Natuurlijk moet ik nog veel leren. Het vaderschap gaat met vallen en opstaan. Het is niet zo dat ik alle wijsheid in pacht heb. Verre van dat. Ik ben nog steeds in voor een dolletje. Ik ouwehoer graag en zal platte opmerkingen blijven maken. Een fotootje maken waar ik op de plee zit te schijten, met mijn broek op mijn enkels, behoort nog steeds tot de mogelijkheden. Of foto’s maken van mijn vrienden in bepaalde posities en dat online posten, dat soort dingen. Dat is nog steeds dat boefje in me. Dat soort acties zorgt voor balans in mijn leven. Aan de ene kant een stabiele relatie met een serieuze verantwoordelijke factor en aan de andere kant een bij vlagen losgeslagen randdebiel.

Over randdebielen gesproken. Nog 16 dagen en dan gaat Filip trouwen! Ik hou ervan om over hem te schrijven. Ik hou ervan om over mijn vrienden te schrijven. Zij blijven mijn lijdend voorwerp. Dat hij gaat trouwen is toch een mijlpaal in onze vriendengroep. Hij heeft de primeur te pakken om als eerste vriend te gaan trouwen. Ook nog met zijn jeugdliefde Antina. Wie kan dat tegenwoordig nog zeggen? Ja, Ron en toevallig gaat hij in september trouwen. In beide gevallen, is duidelijk de hand van God zichtbaar! En dan niet de hand van Maradonna, maar van de Almachtige Heer. God heeft het zo gewild dat zij zich in het echt gaan verbinden en hun vrouw zullen liefhebben, verzorgen, beschermen in goede en slechte tijden, tot de dood hun scheidt.

Bij mij is er geen sprake van jeugdliefde. Ik was teveel een liefhebber, om mij vanaf mijn jeugd al vast te pinnen op één vrouw en dat voor de rest van mijn leven. Nu ben ik er wel aan toe. Stabiliteit in mijn leven zorgt voor rust. En ik vind het heerlijk. Het is heerlijk om thuis te komen, wetende dat er twee personen op mij wachten, waar ik weer een leuke avond mee zal beleven. Aangezien ik voor het eerst echte liefde ervaar en voel, kan ik wel spreken dat Daisy mijn eerste echte liefde is. Al die andere vrouwen hiervoor waren proefexamens, proefdieren. Een proefwerk, waar ik een voldoende of een onvoldoende op heb gehaald. Maar Daisy niet. Daisy is het echte werk. Daisy is mijn examen, waar ik voor geslaagd ben. Daisy is meer dan een 10. Zij is mijn leven. Dat heb ik aan God te danken!

maandag 2 mei 2011

De één zijn dood, is de ander zijn brood. Bin Laden deel 2

De één zijn dood, is de ander zijn brood. Dat is het gezegde, wat te pas en te onpas overal toegepast wordt. Martin Jol die de druk in Amsterdam niet aan kan en vroegtijdig vertrokken is, waarop Frank de Boer hem op heeft gevolgd. Met succes overigens. De Amsterdammers staan met 1 punt achter die Tukkers, dus het slot van de competitie is erg cruciaal. Maar ik ga het nu niet over voetbal en over sport hebben.

Nee, ik ga het hebben over de nieuwe nummer één van Al-Qaeda, Ayman AL-Zawahiri. Ayman wie? Ayman Al-Zawahiri. Bin Laden’s lichaam is nog niet eens volledig afgekoeld of hij is op de “Most Wanted Terrorists” lijst van de Amerikaanse federale politie, FBI, alweer vervangen door Al Zawahiri. Zo snel kan het dus gaan. Roem is vergankelijk en daar is Bin Laden het ultieme bewijs van.

Wie is deze Al Zawahiri? Hij zou zo de lelijke oudere broer van Bin Laden kunnen zijn. Al-Zawahiri (52) komt uit een gegoede Egyptische familie van artsen en wetenschappers. Hij is zelf oogarts en geldt als ideoloog van Al Qaeda. Familieleden herinneren al-Zawahiri vooral als een diep-religieuze jongen die gedichten schreef en meestal met zijn neus in de koran zat. Ik zie het al helemaal voor me, hoe dat moet gegaan zijn: “Al-Zawahiri, zittend in zijn witte jurk in een grot, met een kaarslampje aan, a la Ti Ta Tovenaar, diep verzonken in zijn boek. Met zijn havik neus, slaat hij pagina op pagina na. Ondertussen citeert hij uit de Koran en verkondigt hij dat Al-Queda de waarheid is en dat de rest van de wereld hun niet begrijpt. Je bent een ideoloog of je bent het niet. Ik vind van niet. Ik vind Al-Zawahiri een slecht acterende, bejaarde travestiet. Een, als wijf geklede miereneuker, die zo snel mogelijk geliquideerd moet worden.

Overigens zegt de Amerikaanse nationale veiligheidsfunctionaris dat de Amerikaanse Special Forces de opdracht hadden gekregen, Osama Bin Laden, te doden. Dus niet om hem gevangen te nemen. Het was een operatie om te doden. Zoals de Amerikanen het altijd zeggen: “It was a shoot to kill”. Daarin zijn ze geslaagd.

Zijn lichaam zal volgens islamitische regels behandeld worden. Ik geloof dat niet. Bin Laden zal geschopt, geslagen en op geplast worden. De kop van jut, maar net iets anders.

Osama is heengegaan naar zijn 70 maagden

Deze ochtend is het BREAKING NEWS! Osama Bin Laden is dood! Op het moment van schrijven is dit alles nog vers en hebben wij nog niet alle ins en outs. Dus neemt u het mij niet kwalijk dat, als u dit leest, de informatie wat ik heb al gedateerd is. Toen ik het vanochtend hoorde, haalde ik mijn schouders op. “Het zal wel”, dacht ik. Het was geen rare gedachte van mij, want hoe vaak is die man wel niet doodverklaard? Die man is vaker doodverklaard, dan dat ik de afgelopen 10 jaar van vriendin ben gewisseld. Gezien het feit dat ik een losbandig leven leidde, is het dus niet zo raar dat ik mijn schouders ophaalde.

Naar verluidt werd hij door zijn hoofd geschoten. Dat is het ergste wat je als slachtoffer maar kan wensen. Je door je hoofd laten schieten. Dan werd je wel heel erg gehaat. Dan wou diegene je echt dood hebben. Geen genade, maar gewoon keihard je hersens uit elkaar laten knallen.

Waar ik mij nog het meest over verbaasde, was de locatie waar dit alles heeft afgespeeld. Niks geen grotten of ondergrondse bunkers. Nee, meneer Bin Laden werd in zijn villa in de Pakistaanse stad Abbotabad, door zijn kop geschoten. En dat is opmerkelijk, omdat hij jarenlang als een primitieve holbewoner werd afgeschilderd. Een primitieve, terroristische Jezus figuur die graag cassettebandjes inspreekt en de wereld weer voor even laat sidderen van angst.

Ik wacht met smart op de foto’s waar een dooie Osama op staat. Gewoon voor mij een persoonlijke bevestiging dat hij echt dood is. Amerika heeft zijn lichaam in hun bezit en zullen hem identificeren aan de hand van DNA, die ze al in hun bezit hadden. En dat dit gebeurt onder leiding van President Barack Obama, is natuurlijk ook geweldig. Obama zal herinnerd worden als de President die de 3e Anti Christ heeft weten om te leggen, terwijl President Bill Clinton de eeuwige sigaar is en President Bush de eeuwige leugenaar.

Sommige momenten in de wereld zullen je altijd bijblijven. Toen de Golf Oorlog uitbrak, stond ik op het punt om naar school te gaan. Mijn vader had het journaal opgezet en ik zag hoe Amerika Irak binnendrong met een hoop geknal en bombardementen. Toen 2Pac werd neergeknald in Las Vegas, lag ik op bed. Mijn vader maakte mij wakker om het nieuws te vertellen. Ook dit kon ik niet geloven. 2Pac is wel vaker neergeschoten en beschoten en telkens stond hij op, schepte erover op en maakte complete rapnummers erover. Toen hij echt dood bleek te zijn, was dat een klap in mijn gezicht. Daarna doken er allemaal complot theorieën op.

Michael Jackson. Ik kwam terug van stappen en las het nieuws op internet. Het nieuws was nog niet officieel bevestigd en ook hiervoor haalde ik mijn schouders op. Over Michael werd al jaren zoveel onzin geschreven. Zo zou hij in een zuurstoftank slapen. Hij zou een affaire hebben gehad met Liza Minelli en Liz Taylor. Michael zou zich met een goedje hebben ingespoten, zodat zijn huid blank werd. Michael zou seks hebben gehad met kleine kinderen en met zijn aap Bubbles. Nee, Michael kan niet doodgaan. Voor mij was hij God. Michael is onaantastbaar. Hij is niet van dit universum. Michael is iets bovennatuurlijks. Totdat de volgende ochtend ik wederom werd gewekt door mijn vader, met de mededeling dat Michael toch echt is overleden. Toen besefte ik het: “Mijn idool, Michael Jackson, is toch een gewone sterveling, net als u en net als mij”.

 Ik was aan het joggen, toen ik thuiskwam en de persconferentie op tv zag, waar de legendarische oneliner werd uitgesproken: “Ladies and Gentlemen, we got him!” Saddam Hoessein werd opgepakt. Die had zich verschuild ergens in een zelfgebouwd gat onder de grond. Iedereen heeft die beelden gezien. Saddam Hoessein die als een verwarde, verwaarloosde zwerver uit zijn hol wordt getrokken. Vies van de stank, ongedierte en klimaat. Toen ik die beelden zag, kon ik mijn ogen niet geloven. Hoe was dit mogelijk? Hoe was het mogelijk dat de Amerikaanse overheid Saddam hebben weten te vinden in een fucking hol, maar dat ze mij niet kunnen vertellen wie 2Pac heeft vermoord?

Osama Bin Laden heeft ongetwijfeld die beelden ook gezien. Hij zal vast gedacht hebben: “Dat zal mij niet overkomen. Ik laat me echt niet uit mijn grot trekken door die Amerikanen. Dat plezier gun ik ze niet. Nee, ik ga lekker naar mijn villa in Abbotabad. Mochten die Amerikanen mij toch vinden, dan sterf ik tenminste in het harnas en in luxe”. En daar ging hij. Tijdens een vuurgevecht, door het hoofd geschoten worden. Osama moet niet klagen, want eindelijk is hij verlost van zijn aardse bestaan. Hij haatte zijn aardse bestaan. Hij verrachte het. Osama heeft zich geprofileerd als een extreme moslim Nostradamus, die zijn volgelingen heeft beloofd, dat als zij doodgaan, zij worden beloond met 70 maagden in het moslim hiernamaals. Maar hij mocht zelf niet gaan. Allah vond hem te belangrijk, om hier op aarde zijn taak te volbrengen.

En nu is het eindelijk zover. Als een moderne martelaar ging hij, op weg naar zijn beloofde 70 maagden, waar hij zich anaal laat penetreren. Dat vind hij heerlijk.

donderdag 28 april 2011

Liefde en ontroering

Vanochtend zat ik, zoals gewoonlijk, weer in de trein. Ik ben er anderhalf week uitgeweest vanwege het vervelende feit dat mijn dochtertje in het ziekenhuis was opgenomen. Het leed van een kind is voor een ouder nauwelijks te verteren, maar wat me geruststelde is dat mijn 5 maand oude dochtertje sterk bleef. Ondanks dat ze geen voeding binnenhield, diarree had, bijna een halve kilo was afgevallen, bleef ze me aankijken met haar heldere oogjes. En dat ontroert me. Mijn dochter ontroert me altijd. Sinds zij is geboren, jank ik al om de kleinste dingen. Toen zij als pasgeborene op mijn borst werd gelegd, schoot ik al vol. Met ongeloof keek ik haar aan zei tegen mijzelf: “Je bent gewoon een vader geworden ouwe! Dit mensje heb jij mede gecreëerd. Zij is de reden waarom jij leeft!” En zo is het.

Sindsdien raak ik al ontroerd van de kleinste dingen. Van Daisy, die aan het koken is, krijg ik al vochtige ogen van. Dat ontroert me. Hoe zij de kip marineert met Indische kruiden en dat vervolgens in een pan met olie legt, met zoveel gevoel. Zoveel passie. De meest tedere aanraking wat je als dode kip zijnde maar kan wensen.

Mijn broertje Etienne die op Facebook een hartje achterlaat voor zijn vriendin Pooja. Dat simpele icoontje, dat doet het hem. Dat raakt me, ontroert me. Dan zit ik al te snotteren achter mijn laptop. Dat icoontje, zo krachtig. Woorden zijn dan overbodig, maar de boodschap is overgekomen: “Hij houdt van haar. Het gaat goed met hem.” Mijn broertje heeft de ware betekenis van liefde gevonden en dat met zo’n simpel icoontje krachtig uitgedrukt.

Mijn oudere broer Gregory en zijn vriendin Susanne, die onlangs ouders zijn geworden van een gezonde zoon. Dat vervult me met blijdschap. De liefde die Susanne uitdraagt naar haar pasgeboren zoontje, dat draagt ze niet alleen naar hem uit, maar naar iedereen. En ik zie dat. Ik voel dat. Dezelfde blik als ik had destijds. Die blik van liefde en ongeloof van: “Ik ben echt moeder geworden. Dat is mijn zoontje, die in mijn armen ligt. Alles kan me gestolen worden, zolang baby Daley maar gelukkig is”. Dat ontroert me.

Zelfs de vriendin van Daisy ontroert me. Cherryl is een vriendin van Daisy waarvan ik hoop en ook van uitga dat die band wat zij hebben altijd sterk zal blijven. Als ik één persoon liefde en alle geluk van de wereld wens, dan is zij het wel. Een sterke, alleenstaande moeder wiens leven gekenmerkt werd door hoge piek en diepe dalen. Laat het net zo wezen dat zij sinds een de kerstdagen ook daadwerkelijk die liefde en geluk heeft gevonden in de persoon van Jesse. Een Moluks Indische jongen uit Zevenaar. Bij sommige stelletjes zie je het in één oogopslag dat zij voor elkaar bestemd zijn. Dat het lot bepaald heeft. Bij hun is dat zo. Ik ken Cherryl nog maar net een jaar, maar het zal me niet verbazen dat zij in geen tijden zo gelukkig is, als nu. En dat ontroert me, want het voelt goed. Het is goed. Jesse is de juiste man voor haar. Ik ken hem sinds begin dit jaar, maar die chemie tussen hun twee, dat zag ik meteen. Normaal gesproken ben ik kritisch, maar Jesse geniet mijn volle vertrouwen. En ik kan dan ook met een gerust hart zeggen, dat ik in hem een vriend voor het leven begroet in mijn leven.

maandag 18 april 2011

Emerson: Kon ik je pijn maar overnemen

Emerson: Kon ik je pijn maar overnemen: "Kon ik je pijn maar overnemenKon jij maar vertellen hoe jij je voeltDe pijn diep van binnenWat je ermee bedoelt Nog maar 5 maanden oudMaar z..."

Kon ik je pijn maar overnemen

Kon ik je pijn maar overnemen
Kon jij maar vertellen hoe jij je voelt
De pijn diep van binnen
Wat je ermee bedoelt

Nog maar 5 maanden oud
Maar zo zwaar om te zien
Geef de pijn aan mij
Om jou te verlichten
Misschien

Gaan het vandaag al beter
En begint jouw dag met een lach
Dezelfde lach,
Die ik 3 dagen geleden voor het laatst zag

Papa houdt van jou
En zal met liefde voor jou blijven zorgen
Ik sta dag en nacht voor jou klaar
Elk uur, elke morgen

Wordt snel beter
Want papa mist jou in alles wie jij bent
Mijn kleine lieve meissie
In deze wereld nog zo onbekend